Paragrafen

Paragraaf 2: Klimaat

Circulariteit

Naast energietransitie is een circulaire economie één van de effectiefste manieren om minder CO2 uit te stoten om verdere klimaatverandering tegen te gaan. Daarnaast zijn de steeds schaarser wordende hoeveelheid grondstoffen en met name de afhankelijkheid van andere landen voor het verkrijgen van die grondstoffen, nog twee belangrijke redenen om steeds meer aandacht te hebben voor circulariteit.

 

Onder circulariteit, of circulaire economie, verstaan we de transitie van de huidige lineaire economie (van het winnen van grondstoffen, het maken en verbruiken van producten en het afdanken van product of het afval) naar een circulaire economie waar zo min mogelijk grondstof wordt gewonnen en we onze producten maken vanuit hernieuwbare (biobased) grondstoffen of de “afvalstromen”.  

In de gemeente Groningen startten we in 2021 aan deze transitie. Destijds is op basis van een onderzoek door de Organisation for Economic Co-operation and Development (OECD) de Routekaart Circulair Groningen opgesteld met een bijhorende uitvoeringsagenda. In januari 2024 is de Uitvoeringsagenda Circulaire Economie geüpdate voor de periode 2023 – 2026.

 

Uit het OECD onderzoek kwamen vier prioritaire thema's naar voren waar de gemeente Groningen als beleidsmaker en als (inkoop)organisatie met haar schaalgrootte invloed op kan uitoefenen. Aan de hand van deze thema’s zetten we onze doelen op het gebied van circulariteit uiteen.

 

Voor de eerste twee thema's (huishoudelijk afval en bouw & sloop) zijn de afgelopen jaren al de nodige activiteiten ontstaan en is (deels) de impact uit te drukken in parameters als CO2-reductie. Voor water & sanitatie en voedsel- & eiwittransitie is dit nog niet het geval, maar hier wordt aan gewerkt.

 

Naast bovengenoemde prioritaire thema's komt circulariteit ook aan de orde  bij Groningen werkt Slim / Circulair, Circulair Inkopen en Evenementen (zoals EuroSonic Noorderslag).

 

Het is goed zich  te realiseren dat hernieuwbare (biobased) materialen,  voor een volhoudbare grondstoffenvoorraad net zo noodzakelijk zijn als het op een zo'n hoogwaardig mogelijke manier hergebruiken van technische materialen zoals staal, beton, plastics e.d. Dit wordt goed weergegeven in de Circular Economy Butterfly Diagram van de Ellen MacArthur Foundation. Onze activiteiten richten zich dan ook op beide zijden van dit model.

 

Huishoudelijke afval

De Gemeente Groningen heeft de doelstelling in 2030 afvalvrij te zijn. Dat wil zeggen dat er zo weinig mogelijk afval ontstaat en dat al het afval dat ontstaat hoogwaardig wordt hergebruikt. Wij spreken niet meer van afval, maar van grondstoffen. We maken een transitie van traditionele afvalinzamelaar naar grondstoffenmanager. Zo pakken we de regie om meer innovaties te laten ontstaan rondom onze grondstofstromen. We vinden het hierbij belangrijk om invloed uit te oefenen op de gehele waardeketen rondom een grondstof en betrekken alle relevante stakeholders om de circulaire beweging op gang te brengen. Deze methodiek wordt “ketenaanpak” genoemd. We werken aan een blauwdruk hoe je als gemeente maximaal invloed kunt uitoefenen op de transitie naar een circulaire economie. Voor de realisatie van onze doelen gebruiken we een aantal beproefde instrumenten:

 

  • Bewustwording: dat doen we met activiteiten hoog op de ‘R-ladder’ en met communicatiecampagnes voor inwoners gericht op bewuster aankoopgedrag, het verhogen van hergebruik van goederen en een beter scheidingsgedrag;
  • Facilitering scheiding: we faciliteren inwoners om hun afval makkelijk te scheiden met goede voorzieningen en een betrouwbare dienstverlening. We zorgen voor extra voorzieningen dicht bij huis;
  • Nascheiding en circulair aanbesteden;
  • Bevorderen innovaties: we bevorderen innovaties rondom hoogwaardig hergebruik van grondstoffen.

 

Bovenstaande werkwijze heeft een enorme impact op de besparing van CO2. We kunnen onze behaalde prestaties in CO2 uitdrukken, helaas zijn de huidige cijfers op dit moment nog niet volledig. We werken aan een verfijning van deze methode op de volgende wijze:  

  • Vanaf 2024 moet iedere contractpartij aan het einde van het jaar rapporteren over de hoeveelheid bespaarde CO2;
  • Daarnaast werken we met Berenschot aan een landelijk uniform monitoringsmodel om het totaal van onze instrumenten te koppelen aan CO2 reductie.

 

Bouw & sloop

De bouwsector is één van de vervuilendste industrieën als het gaat om water-, energie en grondstofgebruik, afvalproductie en bijkomende CO2- emissie. Daarbij is het grondstoffengebruik in de bouw over de jaren steeds verder toegenomen en zijn we voor de grondstoffen voor het grootste deel afhankelijk van het buitenland. Ook heeft de manier waarop we bouwen en wat we bouwen invloed op het energieverbruik en bijkomende CO2- emissie tijdens het gebruik van het bouwwerk. Niet slopen en nieuwbouwen , maar (her)gebruiken wat er al staat, is om die reden ook één van de meest impact volle dingen om te doen. Als er dan toch nieuwbouw moet plaatsvinden, doen we dat zo verstandig en circulair mogelijk.

 

Om dit goed in te bedden in de gemeentelijke organisatie werken we sinds 2024 met een kernteam circulair bouwen waarin vertegenwoordigers zitten van tot nu toe vier bouwgerelateerde afdelingen: ons Vastgoedbedrijf, de Stadsingenieurs, Programma Energie voor de bestaande woningbouw en Programma Wonen voor de nieuwbouw. Tevens is circulair bouwen opgenomen in het Groninger Ambitieweb.

 

Nieuwbouw woningen

Onze woningbouwopgave is groot, namelijk circa 20.000 nieuwbouwwoningen tot 2030. Er wordt hard gewerkt om het Initiatiefvoorstel Duurzaam & Betaalbaar bouwen van woningen voor 2025 te implementeren, zodat een groot deel van de nog te bouwen woningen met een zo laag mogelijk klimaatimpact worden gerealiseerd. We kijken dan met name naar maatregelen om het primaire energieverbruik van de woningen te reduceren én om meer duurzame bouwmaterialen toe te passen. Dat wil zeggen: minder beton en meer biobased bouwmaterialen (zoals hout, hennep, vlas e.d.). Het voordeel is daarbij dat hennep en vlas lokaal geteeld (en op termijn verwerkt) kunnen worden. Daarmee wordt ook in de keten CO2-reductie gerealiseerd.

 

In de laatste maanden van 2024 worden onderzoeken gedaan naar: de bouwkosten van circulair bouwen, de implicaties ervan voor onze grondexploitaties, de bouwproductie en de juridische context.

 

Bestaande woningbouw

Om de energietransitie in de gebouwde omgeving te realiseren is het nodig bestaande gebouwen te renoveren. Hiervoor zijn veel materialen nodig. Tot op heden zijn dit bijna geen tot beperkt circulaire materialen. De extra CO₂-uitstoot die dit met zich meebrengt wordt nog onvoldoende meegenomen in de afwegingen, omdat enkel naar de CO₂-uitstoot in de gebruiksfase wordt gekeken. Om uiteindelijk het einddoel van CO₂-neutraliteit te behalen is het van belang dat de samenhang tussen de energietransitie en circulariteit wordt gezien en hiernaar gehandeld wordt.

 

Grofweg 60% van de woningen in de gemeente moet nog op enige mate na-geïsoleerd worden. Dat zijn 76.000 woningen. Wanneer deze woningen voorzien worden van ‘traditionele’ isolatiematerialen (PUR, steenwol) dan veroorzaakt dit een CO₂-uitstoot van 246.000 ton CO₂. Wanneer de isolatie met biobased materialen wordt uitgevoerd wordt juist 80.000 ton CO₂ opgeslagen. Om een effect van ‘dweilen met de kraan open’ te voorkomen is het dus van groot belang dat de milieu-impact van verbouw tot sloop wordt beschouwd.

 

Tot op heden zijn er nog geen grote stappen gezet door de gemeente om circulair renoveren grootschalig te stimuleren. Wel liggen er concrete mogelijkheden om hier de komende jaren invulling aan te geven.

 

Maatschappelijk Vastgoed

Om te ervaren wat de impact is van circulair bouwen op het ontwerp- en realisatietraject van maatschappelijk vastgoed zijn er een aantal projecten aangewezen om dit nader te onderzoeken. Binnen deze projecten zijn de thema’s losmaakbaarheid, herkomst materialen (hergebruikt, gerecycled of hernieuwbaar) en de materiaal gebonden CO₂ uitstoot toegevoegd als aanvullende kaders voor het ontwerpteam. De projecten worden per fase geëvalueerd en het effect op de gestelde kaders voor kosten, kwaliteit en planning wordt in beeld gebracht. De opgedane ervaringen worden vervolgens weer ingezet in nieuwe projecten. In een volgende klimaatparagraaf kunnen deze resultaten worden gepresenteerd.

 

Infrastructuur

Onze Stadsingenieurs richten zich al een lange tijd op het duurzaam ontwerpen van infrastructuur en zijn daardoor ook koploper in de praktische toepassing van circulariteit. Zo zijn uitgangspunten voor circulair bouwen opgenomen in het moederbestek. De concrete CO2 impact van materiaalkeuzes kunnen zij bij het opstellen van ramingen meteen meenemen. Op die manier vertalen ze de CO2 belasting van het ontwerp naar maatschappelijke kosten en gebruiken ze dit om alternatieven af te wegen. Op deze manier worden we ons bewust van de keuzes die we maken en krijgen we inzicht in concrete CO2 reductie. De verwachting is dat hier in 2025 ook concreet over kunnen rapporten.

Daarnaast streven de Stadsingenieurs naar maximaal hergebruik van materialen binnen onze projecten, zetten ze een circulaire keten op met materialenhubs en zijn ze betrokken bij ontwikkeling van een biobased lichtreflecterend asfalt (waardoor er minder straatverlichting nodig is voor hetzelfde niveau van veiligheid).

 

Water & sanitatie

Bij een circulaire waterketen draait het in grote lijnen om hergebruik van energie en grondstoffen uit afvalwater (sanitatie) en duurzaam omgaan met drinkwater.

 

Hergebruik van afvalwater

In de water- en afvalwaterketen ontstaan op diverse plekken reststoffenstromen en overschotten aan energie. De belangrijkste duurzaamheidsdoelen zijn:

  • Scheiden aan de bron, wat schoon is schoonhouden;
  • Energie besparen;
  • Grondstoffen en warmte terugwinnen.

 

Duurzaam omgaan met Drinkwater

We streven er naar om het gemiddelde drinkwatergebruik per persoon terug te brengen van 120 liter naar 100 liter. Onder andere door bevolkingsgroei, klimaatveranderingen en bedreigingen van de (grond)waterkwaliteit wordt het steeds lastiger om voldoende drinkwater voor alle bewoners en bedrijven te produceren. In de rijksbrief Water en bodem sturend (november 2022) worden structurerende keuzes geformuleerd om ook in de toekomst voldoende drinkwater te hebben. Vanuit circulaire economie is vooral het besparen van drinkwatergebruik van belang, met name door geen hoogwaardig drinkwater te gebruiken voor toepassingen waar dit niet noodzakelijk is.

 

Motie reiniging vismarkt met drinkwater

In 2024 is door de raad gevraagd om geen drinkwater meer te gebruiken voor het reinigen van markten en straten. We onderzoeken waar we in onze bedrijfsvoering steeds meer toe kunnen naar het voorkomen van gebruik van drinkwater waar dat niet nodig is.

 

Stimuleren van gebruik van regen- of oppervlaktewater

We doen in onze gemeente zowel bij bedrijven, instellingen en particulieren ervaring op met het benutten van regenwater en oppervlaktewater en we zien veel groeimogelijkheden. Voorbeelden zijn: Euvelgunne waar regenwater wordt benut voor toiletten en processen en onze stimuleringsregelingen voor particulieren voor het bergen en duurzaam benutten van regenwater.

 

Voedsel- en eiwittransitie

Ons eten heeft impact op het klimaat. Bij de productie van ons eten komen broeikasgassen zoals CO2, methaan en lachgas vrij. Daarnaast is voor het produceren van voedsel energie nodig.

 

Een Nederlands huishouden stoot gemiddeld 4200 kilo CO2 uit met eten en drinken. Dit is meer dan bijvoorbeeld vervoer met auto, fiets en OV (4000 kilo) en energie in huis (3300 kilo). Producten zoals rund- en lamsvlees zorgen voor meeste broeikasgassen (bron ).

 

In 2021 was de Nederlandse landbouwsector verantwoordelijk voor 16,2% van de totale uitstoot  (bron: Berenschot, 2023). In de herziene CO2-monitor blijkt dat dit percentage voor de gemeente Groningen in 2022 9% bedraagt. Dit lagere percentage is te wijten aan het feit dat Groningen relatief minder landbouwgrond heeft in vergelijking tot andere Nederlandse gebieden. Desondanks blijkt uit de gegevens dat de daling in CO2-equivalenten vanuit de landbouwsector in de gemeente achterblijft in vergelijking tot die van andere sectoren. In de CO2-monitor wordt geprognosticeerd dat wanneer het beleid niet verandert, het aandeel van de landbouwsector in de totale CO2-uitstoot zal stijgen van 9% in 2022 naar 12% in 2035.

(bron: milieucentraal)

 

Daarnaast zorgt ook voedselverspilling voor CO2 uitstoot. Nederlandse huishoudens verspillen ongeveer 33 kilo per persoon per jaar. Bijna 10% van het gekochte eten wordt verspild. Daarnaast vindt er ook nog voedselverspilling plaats bij andere schakels in de voedselketens zoals producenten en supermarkten. In totaal kwam dit in 2020 neer op 161 kilo per hoofd van de bevolking. Bij voedsel dat wordt verspild heeft de impact op het klimaat al plaatsgevonden door productie, transport en verpakking (bron ). Door helemaal geen voedsel meer te verspillen kunnen we 99 kilo CO2 per persoon, per jaar besparen (bron ).

 

Duurzamer voedsel produceren en consumeren is daarom een cruciale stap richting een klimaatneutrale gemeente. Als gemeente zetten wij in op de voedsel- en eiwittransitie: de transitie naar een gezonder en duurzamer voedsel- en landbouwsysteem. De eiwittransitie gaat om de overgang naar de productie en consumptie van meer plantaardige eiwitten en minder dierlijke eiwitten. Daarnaast werken we vanuit de Agenda Landelijk Gebied aan een routekaart/uitvoeringsagenda Toekomstbestendige Landbouw.

 

Circulair Inkopen

Circulariteit en klimaat zijn twee van de zes thema’s in het manifest Maatschappelijk Verantwoord Opdrachtgeven en Inkopen die worden toegepast binnen het inkopen en aanbesteden. Om te bepalen hoe deze thema’s in de aanbestedingen worden verwerkt zijn verschillende hulpmiddelen ontwikkeld zoals het Groninger Ambitieweb en de CO2 calculatietool. Daarnaast worden door middel van marktdagen marktpartijen nauw betrokken bij deze ontwikkelingen.

 

Wat gaan we daarvoor doen (activiteiten)

 

Uitvoering Uitvoeringsagenda Circulaire Economie

  • We ontwikkelen het Groningse circulaire (MKB)-ecosysteem verder en sneller;
  • We informeren, inspireren en activeren MKB-ondernemers, om aan de slag te gaan met Circulaire Economie;
  • We faciliteren en stimuleren bedrijven om elkaars restproducten te gebruiken;
  • We brengen randvoorwaarden in beleid, wetgeving, financiën en scholing in kaart en ontwikkelen die door.

 

Huishoudelijk afval

  • We lanceren de zakelijke Grondstoffencatalogus;
  • We evalueren de CO 2 rapportages van onze contractpartijen;
  • We blijven circulair aanbesteden van onze afvalstromen;
  • We zetten de samenwerking met Berenschot voort ten behoeve van de landelijke CO 2 monitoring afval;
  • We zetten de textielhub voort en verkennen de mogelijkheden naar andere grondstoffenhubs zoals een bouwmaterialenhub ;
  • We zetten in op Europese en nationale subsidietrajecten om grondstoffeninnovaties te bevorderen;
  • We gaan over van incidentele campagnes naar gerichte community bouwende projecten op het vlak van afval & circulariteit.

 

Bouw & Sloop

Nieuwbouw woningen

  • We blijven lobbyen bij het Rijk voor landelijke aanscherping van de MPG;
  • We zetten in op concrete implementatie van circulair en biobased bouwen in de grote woningbouwlocaties;
  • We evalueren de interne leergang circulair (en biobased) bouwen en continueren deze bij voldoende animo;
  • We zetten de samenwerking met opleidingsinstituten m.b.t. circulair bouwen voort;
  • We verkennen deelname vervolg CityDeal Circulair en Conceptueel Bouwen;
  • We blijven bijdrage leveren aan Interreg-project Circular Trust Building;

 

Bestaande woningen

  • Voor gemeentelijke collectieve inkoopacties en verduurzamingsprojecten verkennen we of het principe ‘biobased, tenzij’ toegepast kan worden . Voorop moet staan dat de totale CO₂-uitstoot en besparing die een product veroorzaakt moet worden meegenomen en niet meer enkel gekozen moet worden voor producten die zo goed mogelijk presteren in de gebruiksfase.
  • In de prestatieafspraken met woningcorporaties van 2024 zijn afspraken gemaakt over circulair bouwen. Renovatie en verduurzamingsmaatregelen zijn daarbij ook onderwerp van gesprek.
  • We zetten er op in om biobased isolatie- en verduurzamingsmaatregelen een plek te geven in de uitwerking van maatregel 29 van Nij Begun, om zo de vraag naar biobased materialen verder te stimuleren en de extra CO₂-uitstoot als gevolg van de investeringen te beperken.
  • Het platform Duurzaam Groningen zetten we in voor bewustwording over circulair en biobased (ver)bouwmaterialen voor particulieren:
    • Een campagne opzetten om mensen te informeren over de voordelen en noodzaak van circulair renoveren.
    • De informatievoorziening aanscherpen om zo ook de duurzaamheid, lees CO₂-uitstoot, van de maatregelen voor en na de gebruiksfase in acht te nemen. Concreet bij alle maatregelen (zonnepanelen, isolatie, warmtepomp) aangeven wat een duurzame(re) keuze is.

 

Maatschappelijk Vastgoed

  • We evalueren de pilotprojecten en passen mogelijk onze standaard uitvraag aan indien nodig.

 

Infrastructuur

  • We evalueren de CO2 impact berekeningen en bezien of dit standaard gemaakt kan worden in onze manier van werken.

 

Water & sanitatie

  • We onderzoeken hoe we het drinkwatergebruik in onze gemeente kunnen beperken;
  • We zijn betrokken bij de voorbereiding van een project kringloopsluiting waterketen landbouw.

 

Voedsel- en landbouwtransitie

 

 

Deze pagina is gebouwd op 11/20/2024 09:25:24 met de export van 11/19/2024 13:59:22