Paragrafen

Paragraaf 3: Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Paragraaf 3: Weerstandsvermogen en risicobeheersing

 

Bij de uitvoering van onze taken worden we geconfronteerd met risico’s en ontwikkelingen die financiële gevolgen kunnen hebben voor de gemeente. De paragraaf weerstandsvermogen geeft aan hoe robuust de gemeente is door de risico’s af te zetten tegen de mogelijkheden om de risico’s op te kunnen vangen.

 

Voor de beoordeling van het weerstandsvermogen kijken we naar de verhouding tussen risico’s en beschikbaar weerstandsvermogen, naar de omvang van de reserves (Algemene reserve/reserve Grondzaken) en naar de ontwikkeling van de financiële kengetallen. We doen dit voor een periode van vier jaar (dynamisch weerstandsvermogen).

 

Het weerstandsvermogen laat zien of de gemeente in staat is de effecten van risico’s op te vangen. Als maatstaf hanteren we de ratio van het weerstandsvermogen. Deze geeft de verhouding weer tussen het beschikbare weerstandsvermogen (welke middelen zijn er om risico’s op te vangen?) en het benodigde weerstandsvermogen (welke risico’s lopen we?). Een ratio van 100% betekent dat er voldoende weerstandsvermogen beschikbaar is om het effect van de ingeschatte risico’s te kunnen opvangen.

 

Het kader voor het weerstandsvermogen en risicomanagement is vastgelegd in de op 22 april 2020 door de raad vastgestelde kadernota Weerstandsvermogen en Risicomanagement 2020 (75701-2020) .

 

De ratio weerstandsvermogen is 150% in 2025. Dit is een verbetering van 12% ten opzichte van de ratio bij de jaarrekening 2023. De ratio is met name verbeterd door toevoeging van het rekeningresultaat 2023 aan de algemene reserve en een daling van de omvang van het risico sociaal domein. Het risico sociaal domein is gedaald doordat een deel van het risico is opgetreden en daarom opgenomen in de begroting 2025.

 

Het weerstandsvermogen is gebaseerd op een groot aantal inschattingen bij het bepalen van het benodigd en beschikbaar weerstandsvermogen. Voor een objectieve beoordeling van de financiële situatie van de gemeente kijken we ook naar financiële kengetallen. De kengetallen netto schuldquote (gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen) en de solvabiliteit zijn gebaseerd op de omvang van de schulden en het eigen vermogen. De netto schuldquote in de begroting 2025 is 134% en de solvabiliteit is 10,9%. De solvabiliteit zit onder onze eigen streefwaarde van 20% en is in vergelijking met andere gemeenten laag. Voor de korte termijn hanteren we een streefwaarde van 10%. Volgens het meerjarenoverzicht zal de solvabiliteit oplopen naar 12,3% in 2028.

 

Er zijn twee grote ontwikkelingen die de komende jaren effect hebben op de kengetallen en de ratio weerstandsvermogen:

  1. We zien grote nieuwe investeringen op ons af komen zoals opgenomen in de strategische investeringsagenda voor onder andere de energietransitie, nieuwe gebiedsontwikkelingen, onderwijshuisvesting, een nieuw muziekcentrum en de vervanging van maatschappelijk vastgoed. Dat betekent een toename van de risico’s op verschillende fronten en een grote toename van nieuw aan te trekken leningen. Deze ontwikkelingen zijn nog niet zichtbaar in de financiële kengetallen. Dit heeft eveneens effect op het weerstandsvermogen en de solvabiliteit.
  2. Vanaf 2026 is er vanuit het Rijk 2,3 miljard gekort op het gemeentefonds. Voor Groningen gaat het om een korting van ruim 33 miljoen euro. In 2026 en 2027 zijn we in staat dit tekort met een aantal maatregelen op te vangen. Ons financieel perspectief laat vanaf 2028 een oplopend tekort zien. Het risico is dat het Rijk niet met een oplossing komt voor de korting door extra middelen beschikbaar te stellen of taken en middelen in balans te brengen. Het verwachte tekort als gevolg van de korting in het gemeentefonds nemen we daarom vanaf 2028 op als structureel risico met een kans van 50%.

 

Deze pagina is gebouwd op 11/20/2024 09:25:24 met de export van 11/19/2024 13:59:22